Oostermoer I | Rating | Het Kasteel II | Rating | Ronde 2 | ||
Graaf de, J.E. (Hans) | 1598 | Arends, H. (Henk) | 1571 | 1 – 0 | ||
Dröge, B.E. (Bob) | 1615 | Breimer, I. (Ids) | 1543 | ½ – ½ | ||
Groot de, H. (Harry) | 1661 | Tabak, W. (Wesley) | 1461 | 1 – 0 | ||
Timmeren van, M.S. (Martin) | 1552 | Schepers, W. (Willem) | 1502 | 0 – 1 | ||
Vegter, D.J. (Derk) | 1445 | Maters, B. (Beau) | 0 | 1 – 0 | ||
Dijkstra, A. (Atze) | 1435 | Deuling, L.J. (Luc) | 1388 | 1 – 0 | ||
Gemiddelde Rating: | 1551 | Gemiddelde Rating: | 1493 | 4½-1½ |
Wedstrijdverslag Oostermoer – Het Kasteel 2 op donderdag 23-11-2023.
Ditmaal maar weer een weergave op volgorde van eerst afgelopen wedstrijd.
Op bord 6 was ik (Atze) deze keer om 9 uur als eerste gereed met de wedstrijd.
Na een rustig begin, mijn stukken proberen goed neer te zetten en niet direct op de stukken te jagen van de tegenstander. Op zet 9 was ik een beetje te voorzichtig en dekte mijn e pion op voorhand, terwijl ik die al rustig op had kunnen spelen om daarna zijn paard op f6 te verjagen. Op 11 bracht ik mijn Dame naar de verkeerde plek waardoor er een pionruil kwam. Na wat verdere schermutseling, sloeg mijn tegenstander mijn e4 pion eraf met het paard. Kennelijk had hij in een ogenblik van schaakblindheid niet gezien dat die dubbel gedekt stond en heeft hij direct daarna opgegeven.
1 – 0
Op bord 4 de beurt aan Martin.
De opening en het begin van het middenspel verliepen naar wens. De verdediging van de koning werd volledig uit elkaar gespeeld. De koning van de tegenstander moest noodgedwongen terug naar zijn beginpositie en een vroegtijdig einde leek nabij. Echter de tegenstander zag kans om zijn loper op de lange diagonaal te plaatsen en daar stonden mijn beide torens op. Een toren kon terug in de doos. Met een kasteel achter was er geen houden meer aan en kon de speler van Het Kasteel een vol punt laten noteren.
1 – 1
Aan bord 3 is Harry aan de beurt.
Omdat ik met zwart speelde ging ik maar weer eens te rade bij het boek dat ik bestudeerd heb. Het boek heet: “De Leeuw, hét zwarte wapen” van J. van Rekom en L.B. Jansen.
De eerste 13 zetten gingen op de automatische piloot. Toen waagde ik, (zoals gewoonlijk) de sprong door het overbekende loperoffer op h3 de koningsaanval. Maar mijn tegenstander voorzag de plannen. Loper geofferd tegen twee pionnen, maar geen doortastende doorbraak tot matzetting.
Wit deed een ongelukkige paardsprong waardoor mijn loper lelijk schaak kon zetten. Met ‘Frits’ aan de hand had wit misschien nog remise kunnen bewerken. Maar zoals zo vaak, een fout kwam niet alleen, er volgden meerdere. Ik zag mijn kansen toenemen en wit gaf spoedig op.
Een geleerde regel voor mij: koningsaanval wel proberen goed door te rekenen en niet te veel wagen.
2 – 1
Aan bord 5 was Derk bezig.
Vanaf het begin was het me duidelijk dat mijn tegenstander niet één van de sterkste opponenten was. Ik won al heel snel een pion en direkt daarna nog 2. Het lukte mij gelijk veel stukken te ruilen, zodat ik mijn pionnenvoordeel kon gebruiken. Zijn koning was niet bij machte om promotie te voorkomen, omdat ik op beide kanten van het bord mogelijkheden had. Mijn tegenstander zag het probleem ook opdagen en gaf op.
3 – 1
Als één na laatste het verslag van Bob op bord 2
Ik had een weinig spannende partij, welke eigenlijk de hele tijd in evenwicht bleef en weinig (grote) dreigingen kende. Toen de stand in de wedstrijd op 3-1 kwam, leek het me een mooi moment om remise aan te bieden. Ondanks de tussenstand (al won Hans kennelijk op dat moment ook net zijn partij) nam mijn tegenstander dit snel aan, waardoor de buit binnen was voor ons team.
3½ – 1½
Aan bord 1 speelt Hans.
Na de opening had ik een iets gemakkelijker stelling zonder echt concrete aanknopingspunten. Toen ik een pion verspeelde op de damevleugel leken de kansen te keren. Ik viel echter met twee paarden en twee torens zijn koningsstelling binnen. Met een prozaïsch pionzetje wist ik midden op het bord een mat-net te componeren.
4½ – 1½
Teamleider Atze Dijkstra